Afbeelding

Verslag van ‘Reis naar Auschwitz’

25 juni 2017 om 11:00 Algemeen

Zeist -  Heleen Jalink zit in de 4e klas van het VWO op De Breul. Ze maakte met een groep schoolgenoten een reis naar Auschwitz en doet er verslag van. Haar verhaal leest u hieronder. Belangstellenden zijn ook welkom op de ‘terugkomst avond’; op dinsdag 27 juni om 19.30 uur is er in de collegezaal op De Breul aan de Arnhemse Bovenweg 98 in Zeist een filmverslag te zien van deze reis.

door Heleen Jalinks

7 juni t/m 11 juni 2017.
“Ik ga naar Auschwitz.”  ”Naar Auschwitz?!?” “Ik ga er heen met school.” “Is dat niet heel heftig?”
Elk jaar krijgen leerlingen van KSG De Breul de kans om een reis te maken naar Auschwitz, een heel bijzondere reis. Dit allemaal dankzij Albert Jens, Gerda Boekel, Pieter Vijfhuizen en Willy Traa. Je mag mee vanaf de 3e klas. Zelf zou je niet snel een reis naar Auschwitz maken. Daarom vond ik het een heel mooie kans. Ik ben altijd al geïnteresseerd geweest in de Tweede Wereldoorlog. Ik heb me altijd al afgevraagd, hoe het er nou echt aan toe ging in de concentratiekampen, ook omdat mijn oma in een Jappenkamp heeft gezeten. Er is altijd veel interesse voor de reis. 38 leerlingen mogen mee. Ook dit jaar is er weer geloot. Ik was heel blij dat ik was ingeloot.

Met tas en camera
Op woensdag 7 juni was het dan eindelijk zover. Met mijn tas en camera vertrok ik naar school. Voor we gingen vertrekken, keken we de film “Schindler’s List”. Een film over het waargebeurde verhaal van Oskar Schindler, die van heel veel Joden het leven heeft gered.  Een heel indrukwekkende film. Precies om middernacht reden we het schoolterrein af, op weg naar Polen. Een lange busreis tegemoet.

Center for Dialogue and Prayer
Op donderdag om 17.00 uur kwamen we aan bij het hotel. We sliepen in het Center for Dialogue and Prayer in het plaatsje Oswiecim (Auschwitz). Na de hotelkamers verdeeld te hebben en even wat tijd om uit te rusten, gingen we eten. Op het menu stonden aardappelen, rode kool en gehaktballen. Na het avondeten hadden we een gesprek over waarom iedereen mee was. Er kwamen erg bijzondere verhalen naar boven, bijvoorbeeld over familieleden die in het verzet zaten of in Jappenkampen. Hierna gingen we lekker slapen.

De fabriek
De volgende ochtend moesten we om 7 uur aan het ontbijt zitten. We vertrokken om 8.45 uur naar Krakow. Eerst gingen we naar de fabriek van Oskar Schindler, waar heel veel Joden hebben gewerkt. Binnenin de fabriek was een museum over Krakow van voor tot na de oorlog. We kregen een erg interessante rondleiding door Albert Jens. Na het museum gingen we naar het huis waar Schindler gewoond heeft. Het is gewoon bewoond. Toch gingen we even aanbellen. Er kwam een herdershond naar ons toegerend, 

Kampcommandant
Een tijdje later kwam er een man aangelopen. Hij sprak geen woord Engels, maar met Google Translate vroegen we of we met een klein groepje even binnen mochten kijken. In het huis was het een grote puinhoop. Ze waren nog aan het verbouwen. Het was wel super gaaf. Bij eerdere reizen naar Auschwitz waren ze hier nog nooit eerder naar binnen geweest. Daarna gingen we naar het huis van de kampcommandant Amon Göth van Kamp Plaszow. Van de originele staat is weinig meer over. De mensen die hier wonen hebben het heel erg opgeknapt. Zij willen alleen niks te maken hebben met de geschiedenis van dat huis. Daar zijn we dus ook niet naar binnen geweest. We zijn daarna naar kamp Plaszow gelopen. Het is nu eigenlijk meer een bos met open plekken. Hier en daar staat een monument. Bij een monument hebben onze leraren een roos neergelegd. Daarna liepen we naar een heel groot monument. Hier legden wij als leerlingen van KSG De Breul rozen neer. 

Even uitrusten
Terwijl een groot deel van de groep even ging uitrusten, gingen er ook een paar leerlingen samen met Albert Jens en Gerda Boekel op ontdekkingsreis naar de steengroeve van het kamp, waar de gevangenen dwangarbeid moesten verrichten. Ik was ook mee. Na een tijdje zoeken kwamen we uit bij een afgrond. In de verte zagen we bruine, ijzeren torens staan: daar was de steengroeve in de buurt. Ook zagen we in de verte een deel van de trap en het schuurtje die hoorden bij het nagemaakte huis van Amon Göth. Op die plek is namelijk de film opgenomen.

Steengroeve
 Het nagemaakte huis is nu niet veel meer dan het fundament. Helaas was het ver lopen naar de steengroeve en hadden we te weinig tijd. Daarna gingen we met de bus echt Krakow in. Eerst gingen we naar een plein met allemaal stoelen. Hier kregen Joden in de oorlog te horen of ze werden afgevoerd of niet. Daarna gingen we naar een Joodse begraafplaats. We zijn daar ook in een synagoge geweest. Dit was heel indrukwekkend. Joodse graven worden namelijk niet geruimd, dus er waren heel oude graven op de begraafplaats. Toen hadden we even vrije tijd. Het was lekker weer, dus hebben we lekker een ijsje gegeten. Ook hebben we in Poolse winkeltjes gekeken. Om 17.00 uur verzamelden we weer en gingen we nog een filmlocatie van Schindler’s List bekijken in het joodse getto, waar de razzia plaatsvond. ‘s Avonds gingen we lekker met z’n allen uit eten. Na het eten heeft een klein deel van de groep, waaronder ik, een documentaire gekeken over een geslaagde ontsnappingspoging uit het concentratiekamp Auschwitz-Birkenau.

Arbeit Macht Frei
Zaterdag moesten we om 6 uur opstaan om alles in te pakken. Om 7 uur moesten we weer aan het ontbijt zitten, om zo om 8.45 uur weer te kunnen vertrekken. We gingen naar het concentratiekamp Auschwitz 1, met de poort met de bekende tekst “Arbeit Macht Frei”. Het was een voormalige kazerne. We kregen een Engelstalige rondleiding. Het was heel erg indrukwekkend. Er stonden zoveel stenen barakken. Het is lastig om te beseffen hoeveel mensen daar wel niet in hebben gezeten. Er lag bijvoorbeeld een heel grote hoop met schoenen, dan worden nummers in één keer mensen. Naast de gevangenisbarak was de executie muur. Het was heel moeilijk om daar te staan zonder er niks bij te voelen. Je beseft  dan heel goed dat daar mensen doodsangsten hebben uitgestaan, omdat ze wisten dat ze elk moment werden dood geschoten. In Auschwitz 1 was er ook nog een gaskamer helemaal intact. Als je daar binnen staat krijg je een heel kil gevoel. Het is een plek waar zoveel mensen zijn gestorven, alleen maar omdat ze Joods waren.

Geen woorden voor
Na Auschwitz 1 gingen we naar het concentratiekamp Auschwitz-Birkenau. Zelf vond ik dit nog indrukwekkender dan concentratiekamp Auschwitz 1. Bij dit kamp zijn de barakken namelijk van hout en waren de omstandigheden nog slechter. Dit kamp was echt gebouwd om zoveel mogelijk mensen te vermoorden, in een zo kort mogelijke tijd. Daar zijn gewoon geen woorden voor. De gaskamers zijn in concentratiekamp Auschwitz-Birkenau allemaal opgeblazen. Er mocht zo min mogelijk bewijs zijn van wat de Nazi’s hadden gedaan in dit kamp. Ook de barakken hebben ze allemaal afgebrand. Er stonden wel nog overal schoorsteentjes, die dienden om de barakken op te warmen. Er was een aantal barakken nagebouwd. Het was eerder een stal dan een plek waar mensen horen te slapen. We kregen hier ook weer een rondleiding van Albert Jens. Hij vertelde heel indrukwekkende verhalen over wat hier in het kamp gebeurd was. 

Joodse traditie
Als je naar de achterkant van het kamp liep, kwam je bij een meertje. In dat meertje werd de as van de vergaste gevangenen gegooid. Iedereen heeft daar een steentje neergelegd. Een steentje staat symbool voor de eeuwigheid in de joodse traditie. Het regende die dag. Het paste eigenlijk wel goed bij de sfeer van het kamp. Bij een concentratiekamp, waar zoveel mensen om het leven zijn gekomen, hoort de zon niet te schijnen.

De kelder
Na het avondeten gingen Albert Jens, Gerda Boekel, nog 3 andere leerlingen en ik naar het huis van de kampcommandant van concentratiekamp Auschwitz 1. We kwamen daar aanlopen en de bewoonster van het huis herkende Albert Jens al. We kregen van de bewoonster een rondleiding door de tuin en door het huis. Ik vond de kelder, waar nog vrij weinig aan veranderd was, het indrukwekkendste om  te zien. Er zat daar namelijk een tunnel naar een ondergronds labyrint. In dit labyrint zaten ook slaapkamers en geheime ingangen naar het kamp. Helaas konden we daar niet in, omdat een muurtje de ingang naar het labyrint blokkeerde. Wel konden we een paar meter, tot het muurtje dus, de tunnel inlopen. Alles lag nog precies zo als het was achtergelaten. De bewoonster zelf was er nog nooit in geweest, omdat ze dat te eng vond. Men weet eigenlijk niks over het labyrint. Ze weten niet waar het uitkomt en hoe het er precies uitziet. Het onderzoek kost geld en er zijn veel vergunningen voor nodig.

Indrukwekkend
Om 20.30 begon onze terugreis. Het was een heel mooie, indrukwekkende, maar ook gezellige reis. Als je de kans krijgt, raad ik het zeker aan om deze reis te maken. Het is, vind ik, belangrijk om te weten hoe het daar echt aan toe ging. Ik zal me deze reis altijd blijven herinneren.
Op zondag 11 juni om 11.30 uur waren we weer terug op het schoolterrein.

Deel dit artikel via:
advertentie
advertentie