Kans op opkoopbescherming

Samen met vijftien andere gemeenten in de regio doet de gemeente onderzoek naar een nieuwe mogelijkheid om voldoende betaalbare woningen te houden in de gemeente. Dat blijkt uit het antwoord van burgemeester en wethouders op vragen van D66.

door René Borkent

Zeist - Gemeenten hebben er belang bij dat er binnen de gemeente voldoende betaalbare woningen zijn. Dat is in de huidige markt erg moeilijk. Maar machteloos staan de gemeenten niet. Zelfs niet in een tijd van sterk stijgende prijzen en in een tijd waarin ook nog eens bestaande huurwoningen te koop worden gezet.

Welke mogelijkheden heeft een gemeente dan nu al? Dat begint al bij de opstelling van de overeenkomst waarin de uitgangspunten voor huur en koop in een bepaald gebied zijn vastgelegd. Gemeenten kunnen van tevoren al in die overeenkomst vastleggen welke doelgroepen de woningen in een bepaald gebied bestemd zijn. 

Ook kunnen gemeenten afspraken maken met woningcorporaties. Is er bijvoorbeeld sprake van een tekort aan middeldure woningen, dan kunnen gemeenten en corporaties samen afspreken dat er voor die groep woningbouw komt. En dankzij de corporaties blijven die woningen ook op lange termijn betaalbaar.

Bij nieuwbouwprojecten is het nu al mogelijk om een ‘zelfbewoningsplicht’ toe te passen. Dat houdt speculanten buiten de deur.

Bovendien hebben gemeenten sinds een wetswijziging de mogelijkheid om de bestaande voorraad van goedkopere woningen ook beter te beschermen. En zo dus betaalbaar te houden. Maar op welke manier doe je dat het best? 

NIEUWE WET 

Dat gaan de zestien gemeenten in de regio samen onderzoeken. Volgens de nieuwe wet kunnen gemeenten ingrijpen als schaarste aan goedkope en middeldure koopwoningen ‘onevenwichtige en onrechtvaardige’ effecten heeft in bepaalde wijken. Op basis van het komende onderzoek kunnen gemeenten vaststellen voor welke wijken een opkoopbescherming kansen biedt.