Een vooroorlogs Eysink-motorrijwiel met een Gelders kenteken.
Een vooroorlogs Eysink-motorrijwiel met een Gelders kenteken. Museum Flehite Amersfoort

Met [brullende motoren] over wegen en circuits

10 juli 2020 om 10:32

Veel verder dan een nogal gezapige burgerbrommer, merk Gazelle, heb ik het nooit geschopt. Om met het keurig door mijn vader gerestaureerde ‘rijwiel met hulpmotor’ toch nog enige indruk te maken, vertelde ik mijn vriendjes trots dat er een HMW-motor onder hing, Dat feit wilde dan nog wel eens een positieve reactie veroorzaken. HMW stond voor Halleiner Motorrad Werke, een Oostenrijkse firma die tussen 1955 en 1963 uitstekende 50cc-motorfietsjes bouwde en kennelijk ook losse motoren leverde. Mijn Gazelle was door mij van achteren voorzien van een terreinband hetgeen bij een nat wegdek voor argeloze toeschouwers gegarandeerd spektakel opleverde. Meerdere keren zagen zij mij namelijk vonken spattend op zich toe glijden! Kortom: aan een heuse motor(fiets) heb ik mij, gelukkig voor mijn mede weggebruikers, dan ook maar nooit gewaagd.

KWETSBAAR Ofschoon ik mij het gevoel van grote vrijheid dat motorrijders ondervinden, helemaal kan voorstellen, maakt het feit dat deze zich, hopelijk solide verpakt in leren motorkledij, op twee wielen door het landschap voortbeweegt, hem in principe kwetsbaarder dan een automobilist. Daar komt nog bij dat niet iedere motorrijder een cursus ‘buitelen voor gevorderden’ heeft gevolgd waardoor we deelnemers aan een motorrace, met een dikke 150 kmph de grindbak in zien duiken om daar, na het maken van enkele indrukwekkende salto’s, vrolijk naar het publiek zien wuiven. We kennen naast onze wegen geen grindbakken of vrolijk gestreepte vangkussens maar wel lantaarnpalen, bomen en stoepranden en andere stevige obstakels. Geen wonder dat het aantal motoren dat aan de voorzijde van twee wielen is voorzien, wat toeneemt en ook de ‘trike’, een wat wonderlijk driewielig vervoermiddel waarbij de passagier(e) meestal hoog boven de bestuurder uittorent, geen zeldzaamheid meer is.


BEROEMDHEDEN Onze gemeente telde in het verleden in elk geval vier beroemdheden die zich op twee of drie wielen, hoofdzakelijk tijdens nationale motorraces uitstekend weerden. Dat waren de uit Terschuur afkomstige Tonnie Heineman (1916-1997). Hij ging direct na zijn schooltijd als 'poetsjongen' werken bij de Amersfoortse Eysinkfabriek waar behalve fietsen ook motorrijwielen met landelijke faam werden vervaardigd. Kort na de oorlog ging Heineman met een 125 cc Eysink deelnemen aan 'terreinritten'- zoals motorcrosswedstrijden destijds werden genoemd – en grasbaanraces. Tijdens een wegrace op het circuit van Zandvoort in 1947 kwam hij er eigenlijk bij toeval achter dat zijn talenten op het asfalt beter tot uiting kwamen. De TT van Assen in 1948 betekende Tonnie's debuut in een internationale wedstrijd. Tot veler verrassing werd hij met een gemiddelde snelheid van 96 kilometer per uur derde, achter winnaar Dick Renooy, ook met een Eysink, en de Italiaan Pagani. Het internationale succes voor Eysink en zijn berijders was van korte duur. Een jaar later was tegen de overmacht van de Italiaanse Morini's en MV's geen kruid gewassen. Heinemans grootste triomf moest echter nog komen. In augustus 1950 werd hij nationaal kampioen in de 125 cc-klasse.

De oud-Kootwijkerbroeker Jan van Iwaarden vierde gedurende een aantal jaren triomfen en in 1982 werd er zelfs een supportersclub voor hem opgericht om Jan te voorzien van geldelijke en geestelijke steun. In de schaduw van deze beide wegracers moeten de namen van en het fraai besnorde en bebaarde zijspanduo Kobus Bouman en Sam Kiers en Van den Berg worden genoemd; fanatieke deelnemers aan het door de familie Van Ginkel en eerder de heer Hendriksen georganiseerde Historisch Motor Evenement waaraan helaas een einde is gekomen.


ONGEVALLEN Ongeveer vanaf de Eerste Wereldoorlog kom je berichten met betrekking tot motoren in de gemeente Barneveld tegen. Een merknaam wordt nooit genoemd wel het feit of het alleen een motor(rijwiel) of een zogenaamde ‘zijspanwagen’ betrof. Waarvoor werden en worden motoren eigenlijk gebruikt? Voor woon-werkverkeer natuurlijk maar veel meer nog voor het maken van uitstapjes. Als dienstrijwiel komen we ze tegen bij de politie en vroeger heel vaak bij de Koninklijke Landmacht waar ze bij verschillende legeronderdelen werden ingezet. Zo werden tijdens de meidagen van 1940 motoren met zijspan ingezet waarop een mitrailleur was gemonteerd.


Het zal niemand verwonderen dat de eerste krantenberichten waarin een motor min of meer de hoofdrol speelde, betrekking hadden op een (dodelijk) ongeval. Op 20 september 1914 overleed in een Arnhems ziekenhuis de toen 27-jarige ordonnans Albert van Balen uit Boskoop nadat hij met zijn motor met zijspan bij Barneveld tegen een boom geknald was. Het feit dat hij dus eigenlijk een soort driewieler bestuurde, maakte helaas voor hem, niets uit. Hotelhouder Van de B. uit Barneveld kwam er in juli 1919 beter vanaf. Hij reed tegen een telefoonpaal, werd ernstig gewond maar overleefde het ongeluk. In de jaren twintig van de vorige eeuw gebeurde er nogal wat ongelukken met motoren in de gemeente Barneveld waarbij ook een aantal inwoners was betrokken. Bij twee ongevallen speelde het openbaar vervoer een rol. Op zaterdagmiddag 27 augustus 1927 passeerde de 20-jarige motorrijder Gerrit van Uffelen de toen nog onbewaakte overweg i de Nijkerkerweg en reed pardoes tegen de tender van een juist langsrijdende locomotief op. Hij moet op slag dood zijn geweest. Ongeval of zelfmoord? De ramp was er voor de familie niet minder om. Ruim twee jaar later, op 8 oktober 1929 reed op diezelfde Nijkerkerweg de uit Ermelo afkomstig motorrijder G. frontaal tegen de hem tegemoetkomende autobus van de gebroeders Tolboom die vanuit Amersfoort naar Barneveld onderweg was. G. liep een ernstige beenwond op, de chauffeur van de bus kon er niets aan doen.


MERKEN Motorliefhebbers concentreren zich vaak op één merk of een land van herkomst. Ze zijn verzot op een Harley Davidson, een BMW, Honda of een Yamaha of hun liefde gaat uit naar een klassieke Engelse motor zoals een BSA, Matchless, Norton, Triumph of een Italiaans merk als Aprilla, Ducati, Gelera of Moto Guzzi. Ook Nederland kende een aantal motorenfabrieken. De Amersfoortse onderneming Eysink werd hiervoor al genoemd maar we kenden vroeger ook de Fama uit Utrecht, de G&R uit Den Haag die tussen 1930 en 1935 motorfietsen bouwde met een Sachs-motor van 74 cc. Eén van de oudste fabrieken bouwde tussen 1903 en 1915 de Wilhelmina.


HANDEL EN REPATIE In de gemeente Barneveld specialiseerde een aantal werkplaatsen of garages zich in de reparatie en handel in motoren en motorfietsen. De Kootwijkerbroeker Gert van Ee bijvoorbeeld die later naar de Amersfoortsestraat in Barneveld verhuisde en vervolgens naar de Nieuwe Markt 11 en zijn bedrijf uitbreidde met ‘rem- en frictieservice’. Later werd het motorendeel overgenomen door A. Schaap. In 1977 verhuisde motorhuis ‘Schaap’ naar het adres Kampstraat 6-8. Dat pand werd in september 1982 gesloopt waarop de onderneming werd gevestigd op het adres Voltastraat 14 en de naam veranderde in Motorhuis ‘De Valkenier’. Thans is het bedrijf te vinden aan de Dr. Willem Dreeslaan en eigendom, voor zover ik weet van J. Klok die het overnam van W. Soetendaal. In Zwartebroek was het bekende bedrijf van G. Brouwer gevestigd, ooit begonnen als rijwielhersteller en inmiddels uitgegroeid tot een grote onderneming met meerdere onderdelen: Brouwer Motors (Zwartebroek), Brouwer Motorsport (Nijkerk), Safe Motors en EMG (European Motorcycle Group). In Barneveld kende men vroeger naast garage Zwart aan de Van Zuylen van Nieveltlaan ook een vestiging van dit bedrijf aan de Amersfoortsestraat, later Bep van Koerten, speciaal voor fietsen, motorrijwielen en bromfietsen. In 1949 was op het adres Kallenbroekerweg 63 de motorrijwielherstelplaats van Bruinekreeft en Van Ee te vinden. Ik denk dat die laatste ‘onze’ al genoemde Gert van Ee geweest moet zijn. Ook E. van Ravenhorst, Langstraat 28, moet in 1949 in rijwielen en motoren gehandeld hebben.


VERZAMELAARS Onze gemeente telde vroeger enkele fanatieke verzamelaars van klassieke motoren. Met ere moet de helaas veel te vroeg overleden Marten Morren (1951-2018) worden genoemd, een groot liefhebber van Britse motoren en het merk Triumpf in het bijzonder. Met de door hem verzamelde motoren nam het ook deel aan races, hoe oud ze ook waren: ‘Hadden ze maar geen motor moeten worden!. Ook Van den Berg verzamelde tal van meest lichte motorfietsen en nam daarmee deel aan wedstrijden voor klassieke motoren. Al met al valt er met betrekking tot de geschiedenis van ‘Barneveld op motorrijwielen’ nog voldoende te ontdekken. Misschien later nog maar eens een aflevering daarover in deze serie.

Hoofdagent J. Lether met de zijspancombinatie op de Gasthuisstraat nabij het toenmalige politiebureau.
Een winterse foto van mevrouw Koudijs met twee van haar kinderen op de Koterzijweg (tegenwoordig Churchillstraat) met op de achtergrond de Amersfoortsestraat.
Sint Nicolaas met zijn ‘assistent’ onderweg in het buitengebied van Voorthuizen.
De dochter van M.J. van den Top op de motor van haar vader(?) in de Krommestraat in Barneveld.
Herman Blaupot ten Cate op zijn motor ‘ergens in Kootwijk’.
Motorcoureur Jan van Iwaarden met leden van zijn fanclub dan wel sponsors, onder anderen ‘De Rotterdammer’ in Stroe en Motorhuis Schaap.